Scholen passen beginperiode aan voor brugklassers

SOEST/BAARN Van groep 8 naar de brugklas: voor veel kinderen is dit een spannende stap. Een nieuwe plek, vreemde mensen, andere lessen en in plaats van de oudste ben je weer de jongste. Teamleiders van De Waldheim-mavo, Het Baarnsch Lyceum en het Griftland College vertellen hoe ze ervoor zorgen dat deze overgang zo goed mogelijk verloopt.

Suzanne Vink

Het begint al gelijk als de kinderen zich hebben aangemeld", vertelt Jasper de Jong, teamleider van de Waldheim-mavo. Hij gaat bij de basisscholen langs om met de meesters en juffen te praten, zodat hij alles weet over de kinderen die naar de Waldheim komen. Vlak voor de zomervakantie komen alle kinderen naar school voor een introductiedag. ,,We vertellen ze nog niet in welke klas ze zitten. Onze slogan is 'De school die je kent' en daarom willen we dat de kinderen uit het hele leerjaar elkaar leren kennen", vertelt De Jong.

Na de zomervakantie is er nog een introductiedag met allerlei spelletjes waardoor de nieuwe leerlingen alles en iedereen leren kennen. ,,We kiezen heel bewust voor één dag. We denken dat een kamp voor veel kinderen nog te spannend is." Aan het einde van de dag krijgen ze dan te horen wie hun mentor is en bij wie ze in de klas zitten. Ook heeft elke klas leerling-mentoren: leerlingen uit hogere klassen die de kinderen begeleiden. ,,Het is fijn voor de leerlingen om bekende gezichten te hebben op school waar je altijd vragen aan kunt stellen."

WALDHEIM De eerste weken staan bij de Waldheim echt in het teken van wennen. De Jong: ,,Het kan niet allemaal van de een op de andere dag. We hebben extra veel mentorlessen zodat ze veel begeleiding krijgen met leren, de docenten zijn extra lief voor ze, huiswerk wordt langzaam opgebouwd en ze hebben vijf minuten eerder pauze zodat ze rustig hun eigen plekje kunnen uitzoeken." Qua lesstof probeert de Waldheim ervoor te zorgen dat iedereen op het juiste startniveau zit, door de kinderen in het begin een taal- en rekentoets te laten maken. Kinderen die achterlopen, krijgen extra hulp om een betere start te maken. ,,Ook voor kinderen die meer zorg nodig hebben, hebben we een goed zorgteam waarmee we ervoor kunnen zorgen dat de overgang van groep 8 naar de middelbare goed verloopt."

GRIFTLAND ,,Als de kinderen voor het Griftland kiezen, kunnen ze invullen bij wie ze graag in de klas willen zitten. Voor de zomervakantie vindt er een kennismaking plaats met de klas, de mentor en de leerling-mentoren uit de bovenbouw", vertelt Désirée Keijner, teamleider van de brugklassen. ,,Dan is de spanning tijdens de zomervakantie al een beetje weg." Als het schooljaar begint is er ook een uitgebreide introductieperiode waarin de leerlingen erachter komen hoe alles werkt op de school en er wordt gewerkt aan de groepsvorming. In de tweede week is er een brugklaskamp. ,,Daardoor leert iedereen elkaar goed kennen", vertelt Keijner. Toch blijven de eerste weken volgens haar vaak spannend voor kinderen: ,,Het is voor elk kind anders. Het ene kind is helemaal klaar voor de brugklas, het andere kind vindt het moeilijk om de basisschool achter zich te laten."

Ze vertelt dat het erg belangrijk is dat de kinderen kunnen wennen. Daarom heeft het Griftland tot de herfstvakantie een 'oriëntatiefase'. Ze mogen die periode de eerst gemaakte toets opnieuw doen als het een onvoldoende is en ze kunnen geen lager cijfer halen dan een 3. ,,Deze periode is gericht op wennen en leren leren." Het leren leren wordt begeleid door de mentor, waar ze veel lessen van krijgen. Ook wordt er gezorgd dat leerlingen op het juiste startniveau zitten, door een algemene taal- en rekentoets en doordat het Griftland werkt met iPads, waardoor de docenten precies kunnen zien op welk niveau de kinderen hun huiswerk maken. ,,De leerlingen kunnen daardoor gericht geholpen worden", vertelt Keijner.

HET BAARNSCH LYCEUM Ook Het Baarnsch Lyceum gaat langs bij de basisscholen, zodat ze van tevoren meer informatie hebben over de nieuwe leerlingen. De kinderen komen vervolgens zelf kennismaken in juni. ,,Iedereen leert de klas, de school, de mentor en de juniormentoren kennen, zodat het na de zomervakantie minder spannend is", vertelt Sabrina Bijvank, afdelingsleider van de onderbouw van de havo. De juniormentoren zijn volgens haar erg belangrijk: ,,De leerlingervaringen die de mentor niet precies weet, weten de juniormentoren wel. Bijvoorbeeld hoe schoolfeesten zijn, hoe een schooldag voelt, hoe het werkt in de aula en hoe je contact hebt met je vakdocenten."

Na de zomervakantie volgen er introductiedagen. ,,We werken aan de groepsdynamica door samen te werken en elkaar beter te leren kennen", vertelt Bijvank. Alle eersteklassers gaan een dag survivallen, ze doen allerlei groepsactiviteiten en ze overnachten een nacht op het sportveld in tenten. Ook worden de leerlingen voorbereid op de eerste lesdagen: ze krijgen onder andere informatie over het rooster, de lokalen en de docenten. De mentor is de eerste weken erg belangrijk en begeleidt de kinderen met studievaardigheden. ,,We voeren ook driehoeksgesprekken met de mentor, de ouders en de leerling zodat de leerling zelf kan vertellen hoe het gaat op school, welke vaardigheden de leerling al beheerst, welke vakken goed gaan en welke vakken aandacht nodig hebben. Daardoor kunnen we waar nodig passende ondersteuning bieden." Sabrina Bijvank merkt dat sommige kinderen zich gelijk helemaal thuis voelen op Het Baarnsch Lyceum, maar sommigen hebben iets langer nodig om te wennen: ,,Het begin is natuurlijk spannend, maar we merken dat dat wel snel weggaat doordat we een kleinschalige school zijn, de meesten voelen zich hier snel op hun gemak."