
Terug naar de Prof. J. Waterinkschool in Soest
14 november 2021 om 08:00 MensenSOEST Stephanie Carton en Theun van den Hengel, beiden 46, klasgenoten van de Professor. J. Waterinkschool (1981-1987). Beiden kijken terug op een fijne schooltijd aan de Smitsweg. Ze zien elkaar nog regelmatig, dus het is niet moeilijk om Theun van den Hengel en Stephanie Carton te herenigen vóór hun school die na hun afscheid in 1987 transformeerde van lagere naar basisschool.
Stephanie: ,,Theun was een druk en vooral grappig mannetje. Hij had vaak het hoogste woord en regelde de dingen vaak ‘wel even’. Ik was altijd erg onder de indruk van de boerderij waar hij toen woonde.” Theun: ,,Stephanie was een aardig en vrolijk meisje waar menig klasgenoot verliefd op is geweest. In de klas was ze geruisloos aanwezig, er waren al genoeg druktemakers.”
,,Hmmmm, verliefd”, zegt Stephanie. ,,Ik ben op meerdere jongens verliefd geweest. Voor zover ik me kan herinneren op Marcel, Frans, Martijn en Onno. Ik ben zelfs ‘verloofd’ geweest. Het ging mij vooral om het verlovingsfeestje. Ik weet nog dat we op dat feestje een soort mini playback show organiseerden en dat ik van mijn moeder een doos met soldaatjes kreeg als cadeautje.”
Dan vergeet Stephanie nog wel even iemand anders, meent Theun te weten. ,,Stephanie en mijn beste vriend Bas Meijer hebben een tijdje ‘verkering’ gehad. Een echte kinderverkering, briefjes naar elkaar schrijven om elkaar verkering te vragen. Om dan vervolgens niet met elkaar te spelen omdat de jongens en de meiden hun eigen invulling gaven aan de pauzes op school. Maar ik weet nog dat Stephanie hem heel erg leuk vond.”
Hoe dan ook, alle kalverliefdes van het schoolplein en in de periferie daarvan hielden geen stand. Stephanie (e-commerce) heeft met haar man Stephen een dochter van 13 en een zoon van 11. Theun (horeca-ondernemer) en Imara Overhand hebben twee jongens, een tweeling van 9.
In de Soester Courant van woensdag 17 november nemen Theun en Stephanie de lezer mee terug naar de jaren tachtig, waar herinneringen wordt opgelepeld, alsof ze een smaakvol ijsje zijn op een arme zomerdag.
Door Johan van Beek

