Soesterse trekt bekentenis brandstichting flat in

SOEST (JPU) Een 59-jarige vrouw uit Soest trok donderdag in de rechtbank haar bekentenis in dat zij brand heeft gesticht in haar eigen flat aan de Van Goyenlaan in Soest. Toch eiste de officier van justitie in Utrecht twee jaar gevangenisstraf waarvan tien maanden voorwaardelijk. Ook wil het OM intensief en langdurig reclasseringstoezicht.

Een week na de brand bekende de Soesterse dat zij wasbenzine had verspreid en dat had aangestoken in haar flat. De brandweer had op 28 november ook al verschillende brandhaarden ontdekt. De strafzaak leek rond na die bekentenis. De Soesterse vertelde nu in de rechtbank dat zij op de dag van de brand post kreeg dat haar stroom en telefoon zouden worden afgesloten. Ze kon zonder telefoon niet meer met de buitenwereld communiceren. Dat maakte haar somber, maar ze kan zich niet herinneren dat ze brand heeft gesticht, vertelde zij nu in de rechtbank.

De vrouw is onderzocht in het Pieter Baan Centrum. Zij is daar zes weken lang geobserveerd door psychiaters en psychologen. Die hebben geen stoornis kunnen ontdekken. Wel gaat de reclassering aan de slag om haar te leren met schulden om te gaan. Ook zal de reclassering zorgen voor een woning.

De officier van justitie noemde de vrouw een 'kat in het nauw'. Hij vond de eerste verklaring nog steeds voldoende bewijs. De officier benadrukte dat de brandweer maar net heeft kunnen voorkomen een vuur zich zou verspreiden naar een andere flats. Advocaat Marc Koudijs gaf aan dat er geen bewijs is. Mogelijk heeft de Soesterse schuld aan de brand, maar er is geen bewijs dat zij dit opzettelijk heeft gedaan, betoogde haar advocaat. Hij vroeg de rechtbank om de vrouw na 11 maanden voorarrest zo snel mogelijk vrij te laten

De rechtbank doet op 14 november uitspraak.