Soester jongeren: niet minder vlees vlees of vliegvakanties

SOEST Meer dan 75 procent van de jongeren in gemeente Soest maakt zich zorgen om klimaatverandering. Sterker nog, 64 procent zou zelf best wat meer willen doen om die tegen te gaan. Dat blijkt uit een onderzoek onder tweehonderd jongeren tussen de 16 en 26 jaar, dat de Natuur en Milieufederatie Utrecht (NMU) uitvoerde in opdracht van de gemeente. Met behulp van de online tool Swipocratie kregen de deelnemers diverse klimaatdilemma's voorgelegd én konden ze al 'swipend' aangeven hoe de gemeente moet verduurzamen. De resultaten geven een inkijkje in de belevingswereld van de nieuwe generatie.

Om energieverbruik milieuvriendelijker te maken, zijn er grofweg twee mogelijkheden: energie besparen, en het restant duurzaam opwekken. Daarom werd de jongeren eerst gevraagd welke duurzame keuzes zij willen maken in het dagelijks leven. De meeste jongeren zijn best bereid om korter te douchen en minder kleding te kopen. Maar minder vlees eten, of inleveren op die verre vliegvakantie? Dat is voor twee op de drie jongeren nu nog een brug te ver.

Dan de duurzame energie. Hoe en waar kan de gemeente Soest die het beste gaan opwekken? Ook daarover kon worden gestemd in de Swipocratie, aan de hand van een reeks beelden van energie-opties. En ook daar hebben de jongeren duidelijke voorkeuren. Maar liefst 96 procent heeft geen problemen met zonnepanelen op bedrijfsdaken, en ook is er veel enthousiasme voor warmte uit de aardbodem (80 procent). Verder valt op dat de deelnemers windmolens best zien zitten: 80 procent zegt 'ja' tegen molens bij bedrijventerreinen, ook op weilanden (75 procent) mogen ze komen. Wind boven bos is met 49 procent een twijfelgeval.

De jongeren kregen vervolgens een aantal dilemma's voorgelegd: want wat nou als je moet kiezen tussen twee opties met dezelfde energie-output? Ga je dan voor vijftien voetbalvelden vol zonnepanelen in plaats van één windmolen? Het antwoord is nee: 84 procent van de respondenten heeft dan toch liever de windmolen. Ruim driekwart van de jongeren ziet daarbij liever één grote windmolen (150 meter) in het landschap, dan driehonderd kleine molens van 15 meter hoog.

KLIMAATSPIJBELAARS Dat het onderwerp klimaatverandering behoorlijk leeft onder jongeren werd het afgelopen voorjaar al duidelijk. In maart gingen 'klimaatspijbelaars' massaal de straat op om te demonstreren voor meer klimaatactie. Maar bij de gesprekken die gemeenten lokaal organiseren over verduurzaming is er vaak geen jongere te bekennen. Reden genoeg voor de NMU om, na een geslaagde pilot in gemeente De Bilt, een brede jongerencampagne te organiseren in twaalf Utrechtse gemeenten. Het doel is simpel: jongeren een stem geven in lokale gesprekken over klimaat en energie.

Ook wethouder Nermina Kundic ziet daar wel de meerwaarde van in: ,,Het is belangrijk om te horen wat jongeren vinden van de klimaatverandering en hun toekomst. Daarom praten we met een aantal jongeren nog verder in een ontwerpsessie. Ik ben erg benieuwd naar hun ideeën en wil ook graag met ze in gesprek blijven."