Afbeelding
Bevrijdingsmuseum Zeeland

Nationaal Militair Museum krijgt pistool Seyss-Inquart

27 juli 2018 om 06:38 lokaal

SOESTERBERG Het Nationaal Militair Museum (NMM) in Soesterberg kan binnenkort opnieuw een uniek stuk aan de collectie toevoegen: het pistool dat Seyss-Inquart droeg in de periode dat hij in de Tweede Wereldoorlog rijkscommissaris voor bezet Nederland was, in welke functie hij in hoge mate het Duitse beleid in Nederland bepaalde. Het museum heeft meer stukken die betrekking hebben op Seyss-Inquart, waaronder zijn uniform.

Er is volgens Stef Traas van het in Nieuwdorp gevestigde Bevrijdingsmuseum Zeeland nog geen datum vastgesteld voor de overdracht van het pistool aan Matthieu Willems, conservator van het Nationaal Militair Museum. Het museum in Zeeland kreeg het pistool enkele maanden geleden in bezit dankzij schenking door een bezoeker.

HARDLINER De van oorsprong Oostenrijkse jurist en nazipoliticus Seyss-Inquart behoorde aanvankelijk tot de gematigde vleugel van de Oostenrijkse nazi's. Later, als rijkscommissaris van Nederland, werd hij gezien als een extremistische hardliner. Hij was een van de 22 belangrijke oorlogsmisdadigers die tijdens het proces van Neurenberg werden berecht. Hij werd op 1 oktober 1946 schuldig bevonden aan oorlogsmisdrijven en misdaden tegen de menselijkheid. Ruim twee weken later werd hij ter dood gebracht.

SOUVENIR Het pistool van Seyss-Inquart dat binnenkort aan de collectie van het Nationaal Militair Museum wordt toegevoegd, was na zijn arrestatie door de geallieerden in het bezit gekomen van een Nederlander die als tolk voor de geallieerden optrad. Hij kreeg het wapen mee als souvenir omdat hij uit Nederland kwam, waar Seyss-Inquart rijkscommissaris was. Hij heeft het wapen altijd thuis bewaard totdat na zijn overlijden een van zijn kinderen het in bezit kreeg. Hij besloot het wapen te schenken aan het Bevrijdingsmuseum. Zij geven het op hun beurt door aan het Nationaal Militair Museum.

OVERGAVE De Nederlandse tolk was een 27-jarige student aan de TH Delft. Na enige tijd werd hij zoals vele andere studenten wegens studentenverzet opgepakt. Eerst zat hij gevangen in kamp Amersfoort en later in Vught. Van daaruit kwam hij in Eindhoven terecht, waar hij werkzaam was bij Philips als student/werkende. In september 1944 werd Eindhoven bevrijd, hij sloot zich als tolk aan bij de Royal Welsh Fusiliers. Hij moest een Engelse achternaam aannemen omdat een Nederlander officieel niet in het Engelse leger mocht dienen.

advertentie
advertentie